Bijdrage van: Renske, juni 2006
Lieve lotgenoten.
Graag wil ik jullie in de allerdonkerste BDD momenten een hart onder de
riem steken. Want hoe onwerkelijk het ook klinkt, er is hoop! Ik ben
een 29 jarige (bijna) ex BDDer die eindelijk weer van het leven kan
genieten. Na 3 jaar therapie kan ik mezelf weer als een
‘normaal’ mens in de spiegel bekijken zonder dat ik
me daarna depressief opsluit in mijn huis. Geen haar op mijn hoofd die
er nog aan denkt om zonder uit te kijken een straat over te steken. En
geloof me, een paar jaar geleden wenste ik dagelijks dat ik platgereden
werd door een auto. Als de verschikkelijke pijn en het verdriet maar
zouden stoppen. Ik wilde rust in mijn kop!
Mijn BDD geschiedenis begon jaren geleden. Zonder dat ik er erg in had.
Als kind ben ik veel gepest en vaak buitengesloten. In mijn pubertijd
werd ik steeds geobsedeerder door mijn lichaam. Zo bang om niet perfect
te zijn. Zo bang om afgewezen te worden.
Ironisch genoeg vonden veel jongens mij een knappe meid. Zij gaven mij
aandacht. Voor het eerst in mijn leven. En die aandacht wilde ik
vasthouden. Ik was in de veronderstelling dat dat alleen maar kon als
mijn lichaam perfect was. Op alle andere persoonlijke eigenschappen was
ik (naar mijn idee) als kind al afgewezen. Elk putje in mijn benen
sloeg in als een mokerslag.
Jaar naar jaar zag ik mijn lichaam
aftakelen.
In het begin waren de rotgevoelens nog wel te dragen. In de
winter, als ik mijn benen prima kon verbergen onder dikke kleding, kon
ik het even naast me neerleggen. Maar dan kwamen de zomers weer! En die
werden elk jaar, met het verstrijken van de tijd en het ouder worden
van mijn lichaam zwaarder. Tot de genadeslag kwam in de winter van
2003. Ik was niet meer alleen depressief gedurende de zomers. Maar ook
in de winter waren mijn benen van tot tot teen afgrijselijke stelten.
Ik voelde ze blubberen door mijn broek heen. Ze waren afschuwelijk!
Mensonwaardig!
Als gezwellen aan mijn lijf! Ik was geen mens meer, ik was een
monster...
Net zoals zoveel slachtoffers van deze slopende ziekte, besefte ik heel
lang niet dat ik aan BDD leed. Ik droeg de pijn zonder te beseffen dat
het niet klopte. Ik kocht de ene na de andere anti-cellulite creme en
sportte tot ik een ons woog. Maar niets hielp.De afkeer van mijn benen
werd groter en groter. De korte broek en de rok werden verbannen uit
mijn kledingkast en elk kledingstuk dat ik kocht werd secuur
uitgezocht. Onder alle lichtomstandigheden en vanuit elke hoek! Ik
droomde zelfs over een liposuctie.
En toen... toen kwam opeens in 2003 dat moment dat ik geconfronteerd
werd met de term BDD. In een Engels tijdschrift las ik toevallig het
verhaal van een vrouw die leed aan BDD. En die vrouw, dat was ik! Ik
was geschokt! Ik was in de war! Dat kon niet waar zijn! Wekenlang
spookte het artikel door mijn hoofd. Zou ik... Wat nu... Moet ik... Op
internet surfte ik van hot naar her om meer informatie over BDD te
verzamelen. Ik kon er niet meer omheen, ik was er zo eentje! Aan de ene
kant was het besef dat er iets niet klopte in mijn koppie een
verschrikking. Aan de andere kant was het mijn redding. Ik kon iets
gaan doen aan die ellende! En hoe moeilijk het ook was om die stap te
nemen, de drang om er vanaf te komen was zo groot. Ik maakte een
afspraak met mijn huisarts en kwam terecht bij een psychoterapeut.
Anderhalf jaar lang heb ik cognitieve therapie gevolgt bij mijn eerste
therapeut. We hebben gewerkt aan mijn zelfvertrouwen en aan mijn
sociale angsten. Maar toen bleek dat zij niets kon met mijn BDD, ben ik
op zoek gegaan naar betere en specifieke BDD-hulp. Ondertussen was ik
zelf bijna een expert geworden op het gebied van BDD. Ik had elk boek,
elke site en elk wetenschappelijk artikel over BDD uitgeplozen. Ik wist
alles, maar al die kennis zorgde er niet voor dat de misselijkmakende
gedachten en obsessies in mijn hoofd verdwenen. Leuk hoor, dat ik
mezelf wat beter leerde kennen. Maar die benen, die bleven monsterlijk.
Toen ik ontdekte dat er in het LUMC in Leiden gespecialiseerde
psychologen werkten op het gebied van BDD ben ik aan mijn tocht naar
genezing begonnen. Ik stuurde een mail en werd uitgenodigd voor een
intake. Zo kwam ik terecht bij de psycholoog die mij letterlijk heeft
weggetrokken van het ravijn. Het was een verademing om bij iemand te
komen die mij begreep en die me echt gericht kon helpen. De strijd was
begonnen! Kom maar op!
Inmiddels volg ik iets meer dan een jaar een experimentele
BDD-therapie. Ik wilde perse geen medicijnen slikken en het eerst
proberen zelf te doen (eigenwijs typetje ;-).
Door middel van
tweewekelijkse EMDR-sessies van 1,5 uur ben ik diep in mijn
BDD-probleem gedoken. En met enorme trots kan ik vertellen dat de
therapie bij mij is aangeslagen. Van de diepste dalen en donkerste
inzichten klom ik naar verhelderende gedachten en mooie momenten om
vervolgens weer iets terug te vallen in de put. Maar die put werd
ondieper en de weg naar boven steeds korter. Het was een zware periode,
maar hij wierp wel z’n vruchten af. Wie had ooit kunnen
denken dat een meisje dat meer dan 8 uur per dag bezig was met haar
BDD-obsessie, opeens dagen kon hebben dat ze niet eens aan haar BDD
dacht! En toch is dat gebeurd.
Nu, in juni 2006, ben ik bijna aan het einde van mijn therapie. Ik kan
bijna niet beschrijven hoe fijn het is om weer
‘normaal’ door het leven te gaan.
Natuurlijk heb ik soms nog momenten dat ik het moeilijk heb. Maar de
BDD-gedachten beheersen mijn leven niet meer. Ik kan er mee omgaan en
dat geeft zo’n enorm gevoel van bevrijding.
Over een week ga ik met vakantie. En voor het eerst in jaren ziet het
er naar uit dat ik van die vakantie ook echt kan gaan genieten. Zonder
de hele dag met mijn lichaam bezig te zijn. Deze keer zit er in mijn
tas dan ook minimaal één kledingstuk dat er al
jarenlang niet meer in heeft gezeten: een kort rokje voor de zwoele
zomeravonden! Eerlijk is eerlijk, ik begin wel met een versie tot de
knie. Met het vooruitzicht dat ie volgend jaar ietsje gekrompen is in
de wasmachine!
In de hoop dat ik met mijn verhaal toch een klein lichtpuntje kan zijn
in moeilijke BDD tijden. Geef niet op!
Liefs, Renske
Happiness
is a butterfly,
which when pursued is just beyond your grasp,
but if you will sit down quietly,
may light upon you. (Nathaniel Hawthorne)
Bijdrage
van:
een vlinder uit 1976
De voorgeschiedenis van vlinder vindt u
op de pagina
bijdragen
van vrouwen
Het voelt wat vreemd om mijn BDD-verhaal in te sturen onder het kopje
‘Bijdragen ex-patiënten’. Toch is het de
plek waar ik nu gelukkig het beste pas. Sinds enige tijd ben ik na vijf
jaar keihard werken klaar met mijn behandeling bij een zeer
professionele psychotherapeut in het LUMC te Leiden. Ik gebruik nog wel
anti-depressiva en zal proberen die, met goede begeleiding vanuit het
ziekenhuis, in een heel geleidelijk tempo af te bouwen. Maar, mocht dat
niet lukken - ik ben niet alleen BDD-gevoelig maar ook wel enigszins
gevoelig voor sombere stemmingen - dan ben ik nog altijd meer dan
tevreden.
Mijn BDD richtte zich op veroudering en dan met name van mijn
gezichtshuid. Het begon toen ik een eerste lijntje onder mijn oog
ontdekte en ik mezelf vanaf dat moment verder en verder zag verwelken.
Ik kreeg ook meer en meer last van mijn huid en bleek een lichte vorm
van couperose te hebben (gesprongen vaatjes in het gezicht).
Ik kon nergens anders meer aan denken dan aan die rimpels en lelijke
vaatjes. Ik voelde het ook continu, het trekken van de rimpels en het
branden van de vaatjes en wist zeker dat iedereen mij afgrijselijk vond
om te zien, ook al zeiden ze keer op keer van niet.Toch moest ik van
mezelf door blijven gaan met mezelf op andere vlakken te bewijzen.
Maar, ik ging mezelf niet beter voelen, in tegendeel zelfs..!
Op een bepaald moment belandde ik in een depressie. Voor een groot deel
omdat ik vond dat ik het zonder medicijnen moest kunnen, de strijd
tegen de BDD. Wat dus verre van lukte, mijn zelfbeeld werd dramatisch
slecht en ik wilde op dat moment nog maar een ding: weg. Gelukkig waren
er om mij heen mensen die daar anders over dachten en heb ik mezelf met
fantastische hulp weer back on track gekregen.
Hoe cru ook, achteraf gezien, was die depressieve periode voor mij een
ware eye-opener. Ik ging voelen hoever ik van mezelf was afgedreven, of
beter gezegd: hoe ik eigenlijk nooit echt een zelf gehad had, omdat ik
mezelf altijd alleen maar had kunnen zien door ogen van anderen en in
vergelijking tot anderen. Om gek van te worden, letterlijk.
Maar het goede nieuws van dit alles is: het is te leren. Je hoeft niet
gelijk ook in uiterlijke zin van jezelf te gaan houden, ik vind nog
steeds dat ik veel rimpels en een lelijke huid heb en ben nog steeds
bang voor wat de toekomst me in dat opzicht gaat brengen. Maar, ik durf
het nu wel te laten komen. Bovenal omdat ik mijn innerlijke ik heb
leren kennen, ben gaan waarderen en ontwikkelen.
Mensen die nu in hun heftigste en pijnlijkste BDD-fase zitten, kunnen
zich waarschijnlijk moeilijk voorstellen dat zij ooit ook dit gevoel
zullen bereiken. Maar, geloof me, dat had ik zelf ook nooit voor
mogelijk gehouden. Je moet er keihard voor vechten, een ander kan dat
hooguit een beetje mét je doen maar nooit
vóór je doen, maar het is het waard! Go for it
... en gebruik deze prachtige site als steuntje in de rug!!
Een vlinder uit 1976
Seek
the wisdom of the ages,
But look at the world through the eyes of a child. (Ron Wild)